Plaatsing
Filamat betonbeschoeiing is heel eenvoudig te plaatsen. Of je nu onervaren bent of al eerder met GVC-platen hebt gewerkt, met dit stappenplan krijg je elk schoeideel snel op zijn plaats.
Hoe plaats ik de GVC-platen van Filamat?
- De schoeidelen worden geleverd op eenmalige pallets. De pallets moeten op een vlakke en stabiele ondergrond worden geplaatst. De schoeidelen hoeven niet vocht- en vorstvrij te worden opgeslagen, omdat ze dit al zijn.
- De palen loop je als eerste langs de waterlijn uit. Met draad en jalons zet je langs de oever de beschoeiingslijn uit. Hierlangs plaats je de palen op een afstand van 600 mm onder een helling van 10:1 in de richting van het talud hellend achterover. Je kunt het beste met een mal werken, zodat de palen precies op de juiste afstand staan. Op die manier passen ze bij het monteren probleemloos in de golven.
- De palen worden gewoonlijk met de bak van een kraantje gedrukt. Afhankelijk van de grondgesteldheid kunnen palen ook met een trilblok, een spuitlans of handmatig met een voorhamer worden geplaatst. Als de palen zijn gezet kun je de schoeidelen uitlopen.
- De schoeidelen druk je achter de palen (aan de taludzijde) in de grond. Ook dit kan handmatig, maar gebeurt meestal met de bak van een kraantje. Leg op het schoeideel een houten balkje om eventuele beschadiging te voorkomen tijdens het drukken. De minimale insteekdiepte in de ondergrond is afhankelijk van de grondgesteldheid.
- De palen en de schoeidelen boor je op 5 à 10 cm uit de bovenkant, waarna je ze met slotbouten aan elkaar bevestigt. Ter vergemakkelijking kun je de palen al voor plaatsing voorboren.
- Op de schoeidelen en de palen monteer je een houten deksloof, die je met houtdraadbouten op de koppen van de palen bevestigt. De deksloof maakt de constructie buigstijver en geeft de beschoeiing aan de bovenzijde een extra bescherming. Indien gewenst kan voor de beschoeiing nog een extra gording worden aangebracht.
- Na het plaatsen van de schoeidelen vul je met grond de beschoeiing aan de achterzijde aan. Bij het aanvullen met een kraantje dien je overmatige stootbelasting, waardoor de constructie te zwaar wordt belast, te voorkomen. In verband met het inklinken van de grond moet je de aanvulling ongeveer 10 tot 20 cm boven de beschoeiing aanbrengen.
- Doorvoeren kunnen ter plaatse gemaakt worden met een gatzaag of decoupeerzaag. Glasvezelbeton is uitermate hard. Zaagtanden van diamant geven daarom het beste resultaat. Ook eendentrappen zijn leverbaar.